Onlangs was ik op uitnodiging van een advocatenkantoor aanwezig als getuige deskundige bij een zitting bij de Raad van State. De zaak was aangespannen namens een groep particuliere woningeigenaren tegen de Gemeente Amsterdam. De groep maakte bezwaar tegen het wijzigen van het bestemmingsplan, waardoor enkele buren nu een opbouw op hun huis mochten bouwen. De vrees was dat hierdoor minder zonlicht op gevels en tuinen van de woningen van de groep zou vallen.

Eerdere bezonningsstudie
We hebben twee jaar eerder al eens een bezonningsstudie geleverd voor dezelfde casus. Hierin hebben we aangetoond wat de extra schaduwval door de opbouwen zou zijn op 21 maart en 21 juni. Hieruit bleek dat door de opbouw op 21 maart marginale extra schaduw zou vallen op één van de 9 buurpercelen. Op 21 juni treedt er helemaal geen extra schaduwval op door de opbouw (zie animaties onderaan deze pagina).
De gemeente Amsterdam heeft daarop het bestemmingsplan aangepast en opbouwen toegestaan. Enkele buren hebben daarop bezwaar gemaakt uit vrees dat in de wintermaanden de minimale zoninval verdwijnt.
De bezonningsstudie
In opdracht van de advocaat hebben we een extra bezonningsstudie uitgevoerd met als toetsdata 21 december, 21 januari en 21 februari. Hieruit bleek dat de buurpanden in de winter gemiddeld 2 uren per dag extra schaduwval op een deel van de gevels zouden ontvangen.
Uitspraak
De Raad van State heeft beoordeeld dat dit beperkte schaduwhinder is. Het woon- en leefklimaat van de bewoners van genoemde buurpanden wordt niet onevenredig benadeeld. Het bestemmingsplan is dus niet onterecht aangepast en de opbouwen zullen worden vergund.
Hieronder de bezonningsstudie animaties. Als u de speler in pauzestand zet, kunt u door de cursor heen en weer te bewegen in uw eigen tempo de animatie bekijken. Zo wordt duidelijk hoe laat en hoeveel verschil er in schaduwinval optreedt tussen de bestaande en de nieuwe situatie.