In een bezonningsonderzoek, ook wel zonnestudie of bezonningsstudie genoemd, bekijken we hoe de zon- en schaduwinval zich gedraagt in een bepaalde situatie. Aan de hand van beschikbare informatie maken we van de situatie een 3D-computermodel. Deze informatie kan bestaan uit plattegronden, aanzichten, doorsnedes maar ook fotografie, afmetingen en schetsen. Bij nieuwbouw maken we een model van de nog niet gebouwde situatie. Bij een op- of uitbouw maken we een model van de bestaande en van de nieuwe situatie.
Visualiseren bezonningsonderzoek
In het 3D model kiezen we een zichtpunt van waaruit we de zon- en schaduwval visualiseren. Meestal is dit een 3d-vogelvluchtperspectief (dus wat een vogel zou zien als hij boven de situatie in de lucht zou hangen). U kunt ook kiezen voor een 3d-perspectief op ooghoogte of een 2d-plattegrond aanzicht.
Plaatjes en animatie bezonningsonderzoek
Na invoer van de oriëntatie (waar is het noorden?), een datum en een tijdstip berekent de computer nauwkeurig waar de zon en de schaduw vallen. Dit vertaalt hij in een plaatje met daarin de schaduw in grijs op het witte 3D model. Door verschillende tijdstippen achter elkaar te visualiseren ontstaat een beeld van het schaduwverloop. Voor iedere zonnestudie maken we een animatie van zonsopgang tot zonsondergang. Daarin wordt zichtbaar hoe de schaduw zich in stapjes van 15 minuten verplaatst.
Bestaande en nieuwe situatie
Bij een op- of uitbouw tonen we de bestaande en de nieuwe situatie naast elkaar in één animatie. Als u de animatie in pauzestand zet, kunt u door met de cursor heen en weer te schuiven precies zien wat het verschil in schaduw is op verschillende tijdstippen.
Helder voor derden
Elk bezonningsonderzoek wordt verwerkt in een rapport. Hierin wordt duidelijk dat en hoe het 3D-model is gerelateerd aan de aangeleverde tekeningen en maten. Zo kunnen ook derden dit verifiëren. Met het rapport kunt u uw buren, de gemeente of een rechter objectief en helder presenteren wat de impact van een opbouw of uitbouw is op de zon- en schaduwinval.
TNO bezonningsnorm
Er is in Nederland geen algemene wet- en regelgeving voor bezonning. De meeste gemeenten hanteren de TNO-norm. Andere gemeenten hebben eigen beleid.
TNO kent een ‘lichte’ en een ‘strenge’ norm:
- De lichte TNO-norm: ten minste 2 mogelijke bezonningsuren per dag in de periode van 19 februari – 21 oktober (gedurende 8 maanden ) in midden vensterbank binnenkant raam.
- De strenge TNO-norm: ten minste 3 mogelijke bezonningsuren per dag in de periode 21 januari – 22 november (gedurende 10 maanden) in midden vensterbank binnenkant raam.
Wij kunnen uw situatie toetsen aan de norm die bij u van toepassing is. In een helder rapport tonen we objectief aan of de bezonning bij de op- of aanbouw aan de norm voldoet. Met het bezonningsonderzoek weet u dus meteen of de plannen wel of niet voldoen aan de regelgeving van de gemeente.
Bezonningsonderzoek België
Onze zonnestudies worden ook in België gebruikt.