Selecteer een pagina

Over de TNO Bezonningsnorm

De TNO Bezonningnorm: wat je moet weten

De TNO Bezonningnorm is een belangrijke richtlijn die in Nederland wordt gebruikt om te bepalen of gebouwen en hun omgeving voldoende zonlicht ontvangen. Deze norm is opgesteld door de Nederlandse Organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO) en wordt vaak toegepast bij het beoordelen van bouwprojecten en het verlenen van omgevingsvergunningen. In deze tekst bespreken we wat de TNO Bezonningnorm inhoudt, waarom deze belangrijk is en hoe deze wordt toegepast in de praktijk.

Wat is de TNO Bezonningnorm?
De TNO Bezonningnorm biedt richtlijnen voor de minimale hoeveelheid zonlicht die een gebouw of een buitenruimte gedurende een bepaalde periode per dag moet ontvangen. Het doel van de norm is om te waarborgen dat nieuwbouwprojecten en aanpassingen aan bestaande gebouwen geen nadelige impact hebben op de hoeveelheid zonlicht voor omwonenden en gebruikers van openbare ruimtes.

De TNO Bezonningnorm houdt rekening met verschillende factoren, zoals de oriëntatie van het gebouw, de hoogte, de breedte en de ligging ten opzichte van andere gebouwen. De norm wordt gebruikt om schaduwstudies uit te voeren en om te toetsen of een bouwplan voldoet aan de eisen voor zonlichttoetreding. Dit is van belang voor het wooncomfort en het welzijn van de bewoners, en het speelt ook een rol bij de energie-efficiëntie van gebouwen.

Welke TNO Bezonningnorm is van toepassing?
Er is in Nederland geen vaste regelgeving voor bezonning. Iedere gemeente is vrij om haar eigen beleid en regels op te stellen.

TNO heeft twee normen opgesteld voor bezonning: de ‘lichte’ en de ‘strenge’ TNO norm.

  • de ‘lichte’ TNO-norm: ten minste 2 mogelijke bezonningsuren per dag in de periode van 19 februari – 21 oktober (gedurende 8 maanden) in midden vensterbank binnenkant raam
  • de ‘strenge’ TNO-norm: ten minste 3 mogelijke bezonningsuren per dag in de periode 21 januari – 22 november (gedurende 10 maanden) in midden vensterbank binnenkant raam

De meeste gemeentes hanteren de ‘lichte’ TNO Bezonningsnorm, sommige gemeentes hebben eigen regels. De gemeente Den Haag hanteert bijvoorbeeld de Haagse Bezonningsnorm (een afgeleide van de ‘lichte’ TNO norm). Hierbij is de bezonning van de gevel maatgevend, onafhankelijk van de plaats van de ramen.

Hoe Werkt de TNO Bezonningnorm in de praktijk?
De TNO Bezonningnorm wordt toegepast door middel van simulaties en bezonningsonderzoeken. Met behulp van gespecialiseerde software en 3D-modellen kan een bezonningsonderzoek worden uitgevoerd dat toont hoeveel zonlicht een gebouw en zijn omgeving gedurende de dag en het jaar ontvangen. Het bezonningsonderzoek helpt bij het beoordelen of een bouwplan voldoet aan de eisen van de TNO Bezonningnorm.

Daarnaast kan de norm ook worden gebruikt bij juridische procedures, zoals bezwaarprocedures of rechtszaken. Als een nieuw gebouw te veel schaduw veroorzaakt en omwonenden bezwaar maken, kan de TNO-norm als objectieve maatstaf worden gebruikt om te bepalen of het project moet worden aangepast of geherstructureerd.

Hoe kan ik aantonen of mijn situatie voldoet aan de TNO norm?
Onze bezonningsonderzoeken zijn erop gericht om helderheid te geven over de bezonning. Met onze rapportage kunt u onderbouwd aantonen of de situatie voldoet aan de TNO norm. Onze rapportages worden geregeld in gerechtelijke procedures gebruikt.

Een vrijblijvende offerte voor een bezonningonderzoek

Contact met Zonnestudie.nl

Zonnestudie.nl

Postbus 37194
1030 AD Amsterdam

BEZOEKADRES:
A’dam Toren
Overhoeksplein 1
1031 KS Amsterdam

+31 6 588 63 083

info@zonnestudie.nl